Saigon, Kim Phuc

17 februari 2019 - Can Tho, Vietnam

De reisleider is deze week bij zo'n straatkapper geweest, maar hij heeft standje 2, dus dat is niet zo lastig.
Nu hoorde ik van de gids dat er tegenover ons hotel ook een luxe kapper zit, maar dat hij toestemming aan zijn vrouw moet vragen als hij daarheen wil gaan. Ik dacht dat ik hem verkeerd had begrepen, maar nu ik de kapstertjes heb gezien geloof ik het wel. Mijn haar is ook weer vrij lang, dus maar even naar de kapper. Jammer genoeg denkt Corri er anders over. Later heeft ze voor mij een andere kapsalon opgezocht waar ik dan maar heen moet gaan. Ach, valt eigenlijk wel mee, zo lang is mijn haar nog niet.

In de ochtend naar de Cu Chi tunnels, aan de rand van Ho Chi Minh City.
Het gedeelte waar wij heen gaan beslaat 300 ha en heeft 10 ha aan tunnels.
Bij de ingang stond een bord dat mensen met hartklachten, claustrofobie, boven de 70 jaar etc. niet in de tunnels mogen, dus meer dan de helft van onze groep viel al af.
De tunnels waar we eerder geweest zijn waren meer voor de mensen om tijdelijk in te wonen, om te overleven.
Deze tunnels zijn meer bedoeld om troepen langs te verplaatsen en guerilla aanvallen uit te kunnen voeren.
In de tijd van de Fransen, moesten de mensen hier al harder werken en werden ze uitgebuit en onderdrukt. Het stamt uit die tijd, dat de mensen een ruimte groeven onder het huisje om zich te kunnen verstoppen, het vervolg was dat ze deze ruimtes met elkaar verbonden door middel van tunnels. Tijdens de Vietnamese oorlog zijn deze tunnels uitgebreid. De Amerikanen wisten dat hier tunnels waren en hebben in dit gebied veel soldaten gestationeerd, ze hebben zelfs een basis boven de tunnels geplaatst. Dat maakte het voor de Vietcong wel heel gemakkelijk om guerilla acties uit te voeren en weer snel te verdwijnen.
We zijn zelf door de tunnels gekropen, die voor de toeristen iets zijn verruimd van 80 cm naar 100cm.
De wetserlingen zijn niet alleen langer, maar ook dikker en stijver dan de Vietnamezen van die tijd.
Moet je je voorstellen dat je hier snel doorheen moet en dan ook nog in het donker.
Ook nu was het nog niet ruim, heb hier en daar wat hoofdhuid achtergelaten, beetje geschaafd aan de tunnel.
Maar goed dat ik nog niet naar de kapper ben geweest, nu staat er nog een beetje haar op ter bescherming. 
(en een dag later een beetje spierpijn in mijn bovenbenen,van het gehurkt door de tunnels gaan. Maar dat laat ik natuurlijk niet merken)

Het is 8 juni 1972, in de Cao Dai tempel in Trang Bang wordt geroepen; "eruit, ze gaan de tempel bombarderen". Waarom dat geroepen werd is niet bekend, maar iedereen, ook Kim Phuc en haar familie, liep de tempel uit, zo de Highway-1 op, waar de tempel langs ligt. Direct daarna kwam er een vliegtuig aan die zijn bommen afwierp, die op de HW-1 en op de tempel vielen. Er was pers in de regio en alles is gefilmd en gefotografeerd, de foto waarop Kim is te zien rennend met haar broer is de beste persfoto aller tijden. (Dit is de foto die ik gisteren op de blog heb gezet) Kim is het naakte meisje, haar kleding is verbrand, haar broer rent (op de foto links) iets voor haar. Op de film is ook haar oma te zien die rent met het neefje van Kim in haar armen, het lijkt of er flarden van kleding aan zijn lichaampje hangen, maar het is zijn huid. Kim heeft over meer dan 50% van haar lichaam, derde graads brandwonden, alleen haar handen en gezicht zijn niet verbrand. Ze wordt door soldaten tegengehouden en krijgt water te drinken en ze gieten water over haar heen. Het lijkt op dat moment alsof haar lichaam van binnen duizend graden wordt en door de pijn raakt ze bewusteloos. De bommen waren brandbommen met napalm, in brandbommen is ook fosfor gebruikt, waardoor bij contact huid en vlees wegbranden. 
Ze ligt een aantal dagen buiten bewustzijn in een lokaal ziekenhuis, te wachten tot ze sterft. Door tussenkomst van een journalist is ze naar een beter ziekenhuis in Saigon gebracht. Dit ziekenhuis is opgezet door de specialist die ook de slachtoffers van Hiroshima heeft behandeld, hij leidt hier artsen op. 
Kim overleeft, heeft veel chirurgische ingrepen nodig en wil later zelf ook arts worden. Ze is wel altijd pijn blijven houden. Ze was ook altijd bang dat ze nooit zou trouwen en nooit kinderen zou kunnen krijgen.
De communistische regering heeft Kim gebruikt als symbool, ze moest dan ook vaak interviews geven en mocht geen opleiding volgen om arts te worden. Via een vriend van de familie is het haar toch gelukt dat ze toestemming kreeg om een opleiding te gaan volgen in het communistische Cuba. Daar heeft ze een vriendje gekregen, is ze getrouwd en is op huwelijksreis gegaan naar Rusland. Tijdens de terugvlucht, toen het vliegtuig een tussenstop moest maken, heeft ze assiel aangevraagd in Canada. Hier woont ze nu nog en ze heeft een stichting opgericht om kind slachtoffers van oorlogen te helpen. 
Ze heeft 2 zoons gekregen en die doen ook allebei vrijwilligerswerk. De opleiding om arts te worden heeft ze nooit meer afgemaakt.
Haar moeder stond bekend om haar noodlesoep en ze had ook een restaurantje. De moeder van Kim is al op leeftijd, sukkelt met haar gezondheid en woont momenteel ook in Canada. De broer van Kim is inmiddels overleden, maar zijn vrouw en dochter leven nog. Zij bereiden de soep volgens het recept van moeder (soort van omasoep). In het restaurantje, waar destijds Kim woonde hebben we de soep gegeten.

In de tempel die vlak naast het huisje ligt hebben we een gebedsdienst bijgewoond. Het Cao Dai is nog een vrij jonge godsdienst, die geloofsovertuigingen van onder andere het Boeddhisme, Christendom en islam combineert.

De op een na beste persfoto allertijden is van de zelfverbranding van de monnik Thich Quan Duc hier in Saigon in 1963. hij protesteerde hiermee tegen het regime van de toenmalige katholieke president. Op de plaats waar hij dat gedaan heeft is voor hem een monument opgericht.

De rest van de dag hebben we rond gelopen in Saigon. Eerst door de backpackers wijk, waar we ook hebben gegeten. Corri moest daarna nog even naar het toilet, ze was heel snel terug, wat niet gebruikelijk is. Maar toen ze naar de vloer keek (op het toilet) liep er zo een grote kakkerlak bij haar voet. Dat zal een gil geweest zijn. Gelukkig had ze nog de tijd genomen om haar broek op te trekken.
De kosten voor levensonderhoud zijn per persoon net iets meer dan wat de meesten verdienen. Als er kinderen zijn moeten die ook onderhouden worden en als je een kind een goede opleiding wil geven, dan komt er ook nog een dure avondschool bij. Veel mensen hebben dan ook 2 of 3 banen, of ze verkopen groenten of zelfgemaakte spullen op straat, of verhuren zichzelf als bromfiets taxi. Dan kan het gebeuren dat moeder savonds op straat zit om spulletjes te verkopen en dat de kleintjes erbij liggen te slapen.
We zijn ook nog naar het view deck van de Bitexco Financial Tower gegaan, de toren is 262 meter hoog. Niet extreem hoog, maar wel een mooi uitzicht over de lichtjes van de stad.
Corri zei, toen we in Saigon aankwamen dat we geen souveniertjes voor iemand hoeven te kopen. Daar werd ik wel even vrolijk van, met de nadruk op even, want vervolgens heeft ze nu in 2 dagen Saigon heel mijn vakantiebudget gespendeerd aan kadootjes voor Corri. Jammer dat we morgen weer verder gaan.

 

Foto’s